Hoe zorg je voor een beter afkalfgewicht van de vaarzen?

Een goede groeisnelheid tijdens de opfok zorgt ervoor dat vaarzen reeds op jonge leeftijd geïnsemineerd kunnen worden. Toch schrikt het veehouders nog af wanneer die jonge inseminatieleeftijd ervoor zou zorgen dat de vaarzen nadien met een te laag gewicht afkalven. Bij Aveve hebben we de gepaste aanvulling op het ruwvoeder om de vaarzen na insemineren voldoende te laten doorgroeien tot aan de kalving.

Om meer potentieel uit de groei van de vaarzen te halen, zorgen we voor een correctie van het basisrantsoen, waarbij de dieren minstens 650 tot 700 kg gewicht (inclusief kalf) bereiken bij afkalven. Door de dracht hebben de vaarzen extra behoefte aan energie en voedingsstoffen. We houden rekening met de lagere voeropnamecapaciteit tijdens het derde deel van de dracht en sturen het rantsoen bij in functie van de ruwvoederkwaliteit en de verhouding tussen maïskuil, voordroogkuil en het eventuele gebruik van bijproducten.

Onderstaande tabel geeft de mogelijkheden van ons gamma weer om hierop in te spelen en de groei van de vaarzen ook na het insemineren te stimuleren.

Inzet groeiformules uit het Optimeat en Durafeed gamma van Aveve op basis van de verhouding maïs- en voordroogkuil in het basisrantsoen van de vaarzen.

We bereken voor jouw bedrijf het rantsoen om via een gerichte inzet van het voeder deze groei op een economische manier te behalen! Vraag raad aan jouw voedingsadviseur van Aveve